dinsdag 17 januari 2017

Drop of eronder.


Als juf eet ik graag drop, suikervrij natuurlijk en deel deze ook graag uit als de kinderen lekker aan het werk zijn. Je kan het ook omkopen noemen maar daar gaat deze blog niet over.... :)

Afgelopen vrijdag hadden de kinderen voor de pauze ook allemaal een dropje gehad en had ik nog voordat we naar buiten gingen de pot weer gevuld met nieuwe dropjes. Eenmaal buiten realiseerde ik mij dat ik het lamineerapparaat had aan laten staan. (Ja ik voldoe aan meerdere juffen clichés.) Hierop gaf ik mijn sleutels aan een nieuwe jongen uit mijn klas en vroeg of ik hem kon vertrouwen en of hij het lamineerapparaat dan even uit wilde gaan zetten. Als achtergrond informatie: Twee dagen voor de kerstvakantie kreeg ik hem in de klas omdat hij in de andere klas niet op zijn plaats was. Hij vertoonde gedrag passend bij onze doelgroep: ZMOK dus. In de verslagen las ik dat hij moeite had om met zijn verhaal bij de waarheid te blijven en dat hij het lastig vond om te onderscheid te maken tussen zijn eigendom en het eigendom van een ander. Kortom een uitdaging voor de juf, voor mij dus. Dit was dus het moment om te gaan bouwen.

Hij kwam terug rennen en vertelde dat het gelukt was. Ik bedankte hem en hij ging spelen. Toen we terug liepen naar de klas viel er een nieuw dropje uit zijn zak. Ik pakte het op stootte hem aan en zei: "Nou, dat gaan we dus nog maar een keer oefenen." Woest dat hij betrapt was stampte hij weg en mompelde nog wat. Later toen hij gekalmeerd was en wij er over konden praten bood hij zijn excuses aan voor het stelen en dat hij mij 'hoer' had genoemd. Sorry, uh wat? Dat had ik even gemist.... Maar goed, ook daar gaat mijn blog niet over. Hij zit niet voor zijn zweetvoeten bij ons op school. Een gesprekje met: "goh, hoe zou je het vinden als een vriendje van jou je moeder" etc etc en nog wat moralistisch gepraat is hoe ik dat probeer op te lossen. Het jatten vond ik erger en ging daar dus even mee door.

Vandaag had ik een smoes gevonden om hem weer alleen de klas in te sturen. De droppot had ik open op mijn bureau laten staan. Ik riep hem bij mij en vertelde dat ik iemand nodig had om mijn zalf te halen van mijn bureau. Hij vroeg gelijk; "zal ik iemand roepen die dat even voor u kunt doen?" Ik keek hem verbaast aan. "Hoezo, jij kan dat toch ook voor mij doen?" "Ja", zei hij "maar u kan mij niet vertrouwen toch?" Ik keek hem nog verbaasder aan; "Ik heb je toch verteld dat we dat gingen oefenen. Jij gaat dat nu gewoon leren want de wereld is veel leuker voor kinderen die je kan vertrouwen en dat wil ik ook voor jou." Hij keek mij ongelovig aan. Ik heb hem laten vertellen wat hij moest gaan doen, waarom ik wilde dat hij dat ging doen en waarom de wereld leuker werd. Hij heeft de test met vlag en wimpel doorstaan. (Ik had natuurlijk van te voren een foto van mijn droppot gemaakt.) Ik heb daarna bij bijna alles geantwoord; "Ja natuurlijk mag jij dat. Ik kan jou toch vertrouwen...." Ik heb hem extra knuffels gegeven en gezegd dat ik het zo fijn vond dat ik hem kon vertrouwen.

Natuurlijk ben ik niet naïef en denk ik niet dat deze jongen nu roomser dan de Paus wordt. Dit is pas het begin. Maar het is wel een begin. Iedereen wil aan verwachtingen voldoen en als de verwachtingen negatief zijn voelt een kind dat ook. Opmerkingen als: "Ja hoor, het zal Jantje weer niet zijn" of "Jij doet ook altijd vervelend!" zijn volgens mij dodelijk. Deze jongen weet wat van hem verwacht wordt, hij weet dat hij steelt, liegt en bedriegt en dat iedereen dat weet. Ik moet dit dagelijks gaan tegenspreken om te zorgen dat iets van mijn les wil blijven hangen. Maar niemand is kansloos en ik ben er voor om ook dit aan hem te leren. Ik ga deze uitdaging graag aan.